Synesthesie: wat is het niet? De misverstanden.
Waarom schrijft iemand die zelf geen
"synesthesist" is, er een boek over?
Journalist Haro Kraak - zelf geen synesthesist
- laat (...) zien dat synesthesie bepaald geen zaligmakend zintuigenfestijn is.
Prikkels komen bij Noah ongefilterd binnen, iets wat hoogspanning in zijn
hersenen veroorzaakt (De Volkskrant,
2016)
Voor zover ik weet
beleven synestheten hun afwijking zelden als een belasting.
Laat staan dat de
gewaarwoordingen "hoogspanning" in hun hersenen veroorzaakt.
Bij mij in elk geval
niet.
Maar een "zintuigenfestijn" is weer het andere uiterste.
Dat klinkt als een
orgie, wat het - helaas - evenmin is.
Klaarblijkelijk spreekt synesthesie tot de verbeelding.
Reden genoeg om enkele
misverstanden uit de weg te ruimen.
Bedenk wel dat ik uitsluitend voor mezelf kan spreken.
Zoals Renate
Rubinstein in "Nee heb je" schreef:
Dit boek gaat over ziek zijn en over mij zijn.
Je kunt die twee niet van elkaar scheiden.
Geheel in de sfeer van
het 'gezamenlijk waarnemen' waar synesthesie voor staat, gaat dit essay dan ook
over synestheet zijn én over mij zijn.
Waarmee ik tegen wil
en dank een 'verbinder' word.
Aangezien ik niet precies weet wat synesthesie is, gaat dit verhaal vooral over wat het niet - of tenminste niet altijd en voor iedereen - is.
Met de nadruk op
veelgehoorde en gelezen misverstanden.
Misverstand 1: iemand met synesthesie heet een synesthesist.
Is het de genoemde "hoogspanning" die dit misverstand in de wereld roept?
Want hoogspanning,
veroorzaakt door het veronderstelde "ongefilterd binnenkomen van
prikkels", lijkt te vragen om verdoving, bijvoorbeeld door een anesthesist.
Misverstand 2: de letters of cijfers die letter-kleur synestheten zien verschijnen per definitie letterlijk gekleurd in beeld.
Dit is in mijn geval niet zo.
Maar bij een deel van
de letter-kleur synestheten weer wél.
Bij mij verschijnen
letter- of cijfertekens dus niet letterlijk in kleur.
Wel bestaat er een
sterke associatie tussen het letter of cijferteken en de kleur.
Ook is mijn
kleurassociatie bij een teken heel precies, en sinds mijn kindertijd hetzelfde.
Het bij een bepaald
teken behorende blauw is bijvoorbeeld vet, fel of doorschijnend, soms met een
zweem van paars of bruin.
Maar - hoe
merkwaardig! - het betreft een beeld in mijn hoofd. Op het papier hebben alle
tekens gewoon dezelfde kleur.
Dat het gaat om een beeld in mijn hoofd, blijkt vooral uit de kleuren die ik associeer met de dagen van de week (zie: "Synesthesie: als u begrijpt wat ik bedoel").
Deze kleurassociaties
hebben duidelijk niets met de woorden op het papier te maken, maar met een niet
nader te omschrijven beeld dat ik van die zeven dagen heb.
Woorden zie ik immers nooit
in kleur, alleen letters.
En dan nog uitsluitend
de klinkers.
Het gaat hier dus
strikt genomen niet om een visuele waarneming.
Eigenlijk is een
weekdag een door de mens in het leven geroepen abstractie, of zelfs een
definitie.
Hoewel een etmaal een
natuurlijke oorsprong heeft, zou een week evengoed acht dagen kunnen tellen, of
tien.
Maar voor mij heeft de week slechts zeven kleuren: voor elke - door de mens gedefinieerde! - en,
volgens afspraak, telkens terugkerende weekdag één.
Een cijfer of een letter is natuurlijk eveneens een door de mens in het leven geroepen abstractie.
Een letter is de
verbeelding is van een klank (hoezo synesthesie? Zijn wij niet allemaal
synestheten?!), maar in mijn geval dus eveneens de verbeelding van een kleur.
Zoals de klanken niet van het papier afspatten, als ik een boek lees, zo spatten de kleuren die ik met deze letters associeer evenmin van het papier.
Het gaat dus om een
verbeelding van iets anders.
Of misschien moet ik
zeggen: een vertaling.
Kortom: een klank heeft voor mij dus geen kleur, net zomin als een kleur verwijst naar een letter of cijfer.
De relatie is dan ook
eenzijdig.
Zo kom ik op het derde
misverstand.
Misverstand 3: synesthesie betekent vermenging.
Vermenging suggereert twee richtingen.
Als rood in groen
overloopt, loopt groen immers eveneens over in rood.
Maar bij synesthesie
is dit niet het geval.
De a is rood - en in
mijn geval één van de cijfers eveneens - maar rood is géén a.
Misverstand 4: synesthesie
heeft per definitie betrekking op verschillende zintuigen.
Zelf 'lijd' ik aan een betrekkelijk milde vorm van synesthesie, waarbij niet de eigenlijke zintuigen - twee van de vijf of zelfs meer - in elkaar overlopen (bijvoorbeeld horen en zien), maar uitsluitend uitsluitend verschillende visuele waarnemingen.
In mijn geval: vorm
(een cijfer of klinker) en kleur.
Het merkwaardige
hierbij is dat de vorm in werkelijkheid bestaat, maar de kleur die ik met die
vorm associeer niet.
Want in werkelijkheid
bestaat slechts de kleur waarin het teken geschreven of gedrukt is.
Ik zie dus dingen die
er niet zijn.
Hier zit een
verontrustend kantje aan.
Want zo raakt de, in de
wetenschap zo heilige, empirische waarneming verstoord.
Desondanks kan een
wetenschapper als Robbert Dijkgraaf er (bovengemiddeld) goed mee functioneren.
Maar wat is een bombardement aan zintuiglijke waarnemingen - in Kraak's boek omschreven als "wasmachine", "flipperkast die op tilt springt" - eigenlijk precies?
Kunnen gekleurde
letters of cijfers die - in het ergste geval - te vergelijken zijn met een
zonsondergang of een regenboog écht "hoogspanning" in de hersenen
veroorzaken?!
Hoogspanning klinkt
alsof het om een nachtelijk feestje bij de buren gaat, terwijl jij de volgende
dag vroeg op moet.
Een zonsondergang daarentegen ervaren de meeste mensen gewoon als mooi (esthetisch).
Als kitsch desnoods.
Maar belastend?!
Wel heb ik mazzel dat ik geen geluiden bij beelden hoor (het "oorverdovend zonlicht" van Lucebert) of pijn voel als een ander pijn heeft.
Ook dit schijnt voor te komen,
hoewel niet vaak.
Misverstand 5: synesthesie veroorzaakt een (problematisch) 'teveel'.
Alsof de menselijke hersencapaciteit onvoldoende is om al die indrukken te bevatten.
Dit lijkt een wat
calvinistische opvatting.
Bovendien worden de
meeste hersencellen volgens wetenschappers niet eens gebruikt!
Wel is het zo dat bepaalde - van synestheet tot synestheet verschillende! - zintuiglijke waarnemingen in elkaar overvloeien.
Zodat iets niet
uitsluitend lijkt op wat het is, maar tevens op iets wat het strikt genomen -
empirisch gezien - niet is.
Verbinden,
samenvallen, combineren, oftewel: gezamenlijk waarnemen.
Ik herhaal nog maar eens dat deze gewaarwordingen volkomen vanzelfsprekend aanvoelen.
Dat synestheten geen
hinder ondervinden van hun eigenschap, verklaart vermoedelijk waarom zij
gewoonlijk pas later in hun leven ontdekken dat de "promiscuïteit"
van hun zintuigen niet algemeen gangbaar is.
Dan het in het citaat genoemde "ongefilterd binnenkomen van prikkels".
Vermoedelijk hebben we
hier te maken met ADHD-jargon, dat helaas langzamerhand gemeengoed geworden is.
Ik neem de
zonsondergang weer even als voorbeeld.
Je kunt eenvoudig
allerlei soorten filters digitaal draperen, bijvoorbeeld over een foto van een
ordinaire zonsondergang.
Van sepia tot het
"oorverdovende zonlicht" (Lucebert) van ál te extreme
kleurintensivering.
Zo droomden mensen in het begintijdperk van de televisie volgens de overlevering in zwart-wit (zie afbeelding 1).
1. Berlijn, Museuminsel, 2016: zoals onze ouders droomden? |
Dit beeld - gefotografeerd vanaf de brug naar het Museuminsel - komt echter niet overeen met de belevingswereld van de gemiddelde niet-synestheet (zoals Haro Kraak).
Voor zover deze tenminste
niet kleurenblind is.
De meeste mensen zien de
zonsondergang vermoedelijk ongeveer zoals op afbeelding 2:
3. Berlijn, Museuminsel, 2016, met kleurenfilter: "oorverdovend zonlicht"? |
Met de kleurintensiteit van afbeelding 3 lijken zelfs de taaiste worteltjes onweerstaanbaar sappig.
Over bestaande ruïnes hangt echter de nostalgische sfeer van sepia, zoals te zien op afbeelding 4:
4. Berlijn, Museuminsel, 2016, met sepia-filter |
Het is moeilijk voor te stellen dat de
overgebleven tempels uit de oudheid ooit in de felste kleuren geschilderd
waren.
Kortom: in vergelijking met het
zintuigen-bombardement van smartphone, glossy, televisie - of zelfs oude
gebouwen in hun originele staat - is synesthesie een weinig spectaculaire
ervaring.
Zo is een mens, dat normaal reageert op
zintuiglijke indrukken in deze tijd al snel 'overgevoelig'.
Want een menselijk wezen dat wordt
afgeleid - door "prikkels", of zelfs door "de eigen
gedachten" (Trudy Dehue, in "Betere mensen") functioneert niet
naar behoren.
Volgens de gangbare norm moet elke
prikkel immers eerst langs de meetlat van de moderne Westerse beschaving: de
ratio.
Het - goed opgevoede! - verstand vraagt
zich vervolgens af: is deze prikkel nuttig? Levert deze prikkel mij iets op? Is
deze prikkel productief? Of belemmert deze prikkel mij om de door mij gestelde
doelen te bereiken?
Voor een daadwerkelijk geciviliseerd
mens betekent de "filter" van de uitstekend opgevoede ratio al snel
het einde van om het even welke prikkel.
Zo kom ik op misverstand 6: synesthesie is een vorm van ADHD-NOS*
*Alle Dagen Heel Druk, Not Otherwise Specified.
Of iemands indrukken "gefilterd" worden hangt vermoedelijk van honderd factoren af, maar synesthesie lijkt daar geen noemenswaardige rol in te spelen.
Met het veronderstelde "zintuigenfestijn" valt het dus wel mee.
Reacties
Een reactie posten